The Next Step Program

In gesprek met jurylid Ellen Schindler

Blog

Mijn naam is Ellen Schindler. Ik ben sinds 2018 partner| CEO bij De Zwarte Hond. Wij zijn een bureau voor architectuur, stedenbouw en strategie. Met 130 mensen werken wij vanuit Groningen, Rotterdam en Keulen.

Als directielid bij De Zwarte Hond zou je kunnen zeggen dat ik mij, naast de dagelijkse taken vanuit mijn functie, met name focus op de cultuur van het bureau. Zowel intern, naar onze medewerkers toe, als extern naar ons Umfelt. Dus enerzijds wie willen wij zijn als werkgever, welke ontwikkelperspectieven wij mensen bieden, hoe wij kennisontwikkeling borgen en hoe willen wij dat we met elkaar en anderen omgaan. Maar ook, in bredere zin, hoe wij ons verhouden naar de stad, naar ons metier en naar de maatschappij als geheel. Welke maatschappelijke vraagstukken vinden wij belangrijk en hoe geven wij daar antwoord op? Nu, maar met name ook in de toekomst. In die zin zie ik mijzelf als een sociaal ondernemer.

Waar ik mij met name elke dag weer opnieuw voor in probeer te zetten is het mogelijk maken van ontwikkeling. Ontwikkeling van de individuele medewerker, van ons als partnergroep, van het bureau als geheel, maar ook van het vakgebied waarbinnen wij opereren. De internationale ervaring die ik in het verleden heb opgedaan neem ik daarin mee, maar ook de rol die ik sinds vorig jaar heb als raadslid bij de Raad voor Cultuur speelt daarin een belangrijke rol. Binnen de raad sla ik de brug naar de creatieve sector. Een taak waar ik mij de komende jaren nog veel voor zal inzetten en waar ondernemerschap, talentontwikkeling en aansluiting bij de grote maatschappelijke opgaven speerpunten zullen zijn.

Tenslotte werk ik op het moment aan een prachtig boek dat in de zomer uit zal komen. Het boek ‘Ken Je Stad, Maak Je Stad’, een graphic novel over de stad Rotterdam, is een samenwerking met Abdelkader Benali als schrijver, 15 illustratoren, twee fotografen en een aantal spoken word artists. Een boek over geschiedenis, architectuur en stedenbouw, en hoe deze onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Over verhalen vertellen en verhalen maken. Over de bewoners van een stad, jong en oud, vroeger en nu. Over hoe je de stad – jóuw stad – beter kunt leren kennen en beter kunt máken.

In het schooljaar 2022/’23 ontvangen alle circa 8000 brugklassers in Rotterdam – van vmbo/praktijkonderwijs tot vwo – een eigen exemplaar. De Gemeente Bibliotheek Rotterdam heeft haar samenwerking toegezegd om in de centrale bibliotheek een CityLab te openen waar jongeren kunnen samenkomen voor workshops, onderzoek, discussies en projecten.

In samenwerking met onderwijsexperts wordt een educatief programma opgesteld om geschiedenis en de fysieke stad, en de relatie tussen deze beiden, toegankelijker te maken voor een jonger, diverser en inclusiever publiek. De ambitie is om jongeren bewust te maken van hun leefomgeving en de invloed die zij daarop kunnen uitoefenen: je hebt een stem, gebruik die!

De Gemeente Rotterdam steunt het project met verve. Niet alleen omdat de geschiedenis van Rotterdam nu eens niet begint bij 1940, maar echt bij het prille begin van de stad. Maar ook omdat het project Ken Je Stad Maak Je Stad het voor het eerst echt lukt om heel de stad te verbinden en te betrekken bij het project: van makers tot cultuurinstellingen en van het onderwijs tot uitgeverij.

Wat vind je ervan dit jaar jurylid van Next Step te zijn?

Next Step Program is een programma uit mijn hart gegrepen. Niet alleen heb ik zelf jaren lesgegeven in creatief ondernemerschap aan de Design Academy en de Koninklijke Academy Den Haag, als ‘gearriveerd’ bureau vind ik dat we wat kunnen doen om jong talent te helpen sneller stappen te maken. De afgelopen jaren heeft het bureau daarom regelmatig samenwerkingen opgezet met jongere en kleinere kansrijke bureaus. Deze samenwerkingen hebben een aantal bijzondere projecten opgeleverd, waar “de handschriften van de verschillende ontwerpers zijn versmolten tot één. En evenzovele vriendschappen.” (aldus Jeroen de Willigen).

Van de zijlijn volg ik verschillende jonge ontwerpers en bureaus. Soms met collegiale bewondering, soms met professionele zorgen. Ik zie er zeer naar uit om het komende jaar betrokken te zijn bij dit programma. Om allicht verrast te worden, kennis daar waar wenselijk te delen en om met collega’s te discussiëren over hetgeen ons vakgebied sterker en beter maakt: creatief ondernemerschap.

Hoe zie jij het creatief ondernemerschap als onderdeel van je bedrijf?

De vraag is dan om te beginnen: wat versta je onder ‘ondernemerschap’?

In mijn ogen is dat het signaleren van kansen in de markt, voor bestaande en/of nieuwe producten en diensten, iets zinvols te doen met deze kansen en daarbij afgewogen risico’s te nemen. Dan gaat het met name over hoe je je als bureau bedrijfsmatig ontwikkelt in de markt.

Ontwikkeling moet echter ook op creatief niveau plaatsvinden, binnen je organisatie, en van jezelf als ontwerper. Als beide niet gelijk op lopen gaat het mank, omdat je als ontwerpbureau aan moet blijven sluiten op de vragen en vraagstukken die spelen in de maatschappij. Dan gaat het over relevantie en effectiviteit.

Bij creatief ondernemerschap gaat het uiteindelijk om het signaleren, agenderen, onderzoeken en beantwoorden van maatschappelijke vraagstukken, waarbij je de middelen die je ter beschikking hebt als ontwerper optimaal inzet om tot een adequaat, optimaal en breed gedragen antwoord te komen.

Wat is het belangrijkste dat je daarin in de afgelopen jaren hebt geleerd?

In ‘creatief ondernemerschap’ komen twee schijnbaar contraire woorden samen: creatief en ondernemerschap. Hoe onverenigbaar deze soms ook lijken, ze zijn toch onlosmakelijk met elkaar verbonden. Tussen beide zit een spanningsveld, maar dit spanningsveld is tevens de motor want daar ontstaat ook de magie!

Daar waar ik vroeger binnen de creatieve sector nog vaak de discussie aan moest gaan over de noodzaak van ondernemerschap, zie je dat dit tegenwoordig steeds meer gezien wordt als ‘tandenpoetsen’: daar denk je niet meer over na, dat doe je gewoon! Er is een breed gedragen besef ontstaan dat, indien je de zakelijke, ondernemende kant van je werk goed hebt georganiseerd, je daarmee ruimte en rust schept om je verder te ontwikkelen als professional. Dat de een dat beter doet of kan dan de ander ligt voor de hand, niet iedereen is een geboren ondernemer. Maar ondernemerschap is uiteindelijk een spel, en dat spel kun je leren. Als ontwerper is het ontwikkelen van een product of dienst je ‘bread & butter’, maar ondernemerschap moet wel de ruggengraat zijn van je organisatie. Immers, alles heeft een kop en een staart, en daartussen moet het kloppen.

Dat gezegd hebbende gaat (creatief) ondernemerschap natuurlijk niet alleen over kansen zien en stappen durven te nemen, en dit op een verantwoorde manier. Het gaat ook, en misschien nog wel meer, over durven twijfelen, fouten maken en daarvan leren, je bewust zijn van je omgeving, kansen delen en elkaar iets gunnen. Dit probeer ik in ons bureau uit te dragen. Het is voor mij de humuslaag van waaruit alles verder kan groeien. En daarmee komt toch weer het sociaal ondernemerschap in mij naar boven.

Hoe maak jij als architect/ontwerper impact?

Ik ben opgeleid als designer, maar heb mij gespecialiseerd in het leiding geven aan ontwerpbureaus in de creatieve sector. Je zou kunnen zeggen dat mijn impact indirect is. Door de beste voorwaarden te creëren waarbinnen iedereen zich kan ontwikkelen binnen ons bureau, draag ik bij aan hetgeen wij als bureau gezamenlijk doen.

Elk jaar ontwikkelen wij een jaarplan waarmee wij de piketpaaltjes slaan voor het daaropvolgende jaar. In dit jaarplan proberen we steeds de lat weer iets hoger te leggen. Niet groter en meer, maar beter en inhoudelijker. Het spreekt voor zich, althans wel voor ons, dat we onze visie nauw aansluiten bij dat wat speelt in de maatschappij om ons heen. Van woningproblematiek, tot betere leeromgevingen, van duurzaam bouwen tot de leefbare stad, et cetera. Bij alles vragen wij ons af: maken we hiermee de wereld iets beter en mooier?

Welke kans zie je voor jonge architecten impact te maken in relatie tot de 3 SDG’s?

  • nr 3: Good Health and Well-being  
  • nr 11: Sustainable Cities & Communities
  • nr 11: Sustainable Cities & Communities

Ook hier zou ik toch eerst nog de vraag willen stellen ‘wat wordt bedoeld met impact’? Het impliceert een belofte van een bepaald resultaat of doel. Je kunt je dan afvragen of het een korte termijn doel dient, waar het gevaar loert van ‘impact-washing’, of een lange termijn doel waarbij je moet denken aan een systemische verandering. De eerste is onwenselijk, de laatste ambitieus maar niet zelden onrealistisch.

Impact maken begint met het definiëren van keuzes. Zie het als het gooien van een steen in het water. Daar waar je de steen gooit ontstaat beweging, de ringen in het water. Welke steen je neemt en wáar je de steen gooit maakt in feite niet uit. De kringen ontstaan en lijken grenzeloos. Je kunt best meerdere stenen gooien, maar als je te véel in het water gooit worden de cirkels onduidelijk, minder scherp en verlies je het overzicht.

Zo ook met het maken van impact. De vragen – of uitdagingen zo je wilt – liggen in deze tijd voor het oprapen en de roep om allianties zijn legio. Het is van belang om te onderzoeken waarmee jij – als jong talent -verschil wilt maken, zoek daarbij je netwerk en je partners en draag je verhaal uit.

Welke tip heb je aan jonge architecten die het verschil willen maken?

Geef focus aan hetgeen je doet en waar je je toe verhoudt. Je hoeft niet alles te kunnen, weten en/of beantwoorden. Maak keuzes, en verdiep en verbreed je daarbinnen. Wordt éénoog in het land der blinden.

Mijn oudste zei ooit – toen hij vier was – tijdens het kijken naar Transformers: ‘Als je in alles kunt veranderen, ben je eigenlijk niets’. Waarvan acte.